De rit in de wagen naar het werk en terug naar huis is voor veel mensen een moment van rust, decompressie en tijd voor zichzelf voor of na een drukke werkdag. Samen rijden met iemand anders kan die dynamiek wel eens veranderen. Still reed drie keer mee en spitste de oren.
Tekst: Thijs Dely; Foto: Filip Erkens
HEEN EN WEER
Mario: “Twee dagen per week gaan we samen naar kantoor, bij de centrale diensten van de Broeders van Liefde. We vertrekken om 6.30 uur bij ons thuis in Helkijn, op de grens met Wallonië naar Gent. Dat is een rit van zo’n 45 minuten, of iets langer als er file is, voor een afstand van 55 kilometer. Omdat we allebei graag met de wagen rijden, wisselen we elkaar af. Dirk is een ochtendmens, dus ’s ochtends rijdt hij, en ’s avonds rij ik. We doen daarbij ons best om elkaars rijgedrag niet te bekritiseren (lacht).”
Dirk: “’s Morgens kan de rit weleens in stilte verlopen, met radio Klara op de achtergrond. Ik concentreer me dan op de baan, en Mario is meestal nog wat aan het ontwaken. ’s Avonds overlopen we onze planning: welke boodschappen er moeten gebeuren of activiteiten die op onze agenda staan. Ook onze werkplanning stemmen we dan op elkaar af, zodat we ons, indien mogelijk, maar twee keer per week naar Gent moeten verplaatsen.”
“Ik gaf mijn firmawagen op, het carpoolen kan dat enigszins opvangen”
ONDERWERP
Mario: “We kunnen een moeilijke werkdag makkelijk achter ons laten. We bespreken weinig professionele zaken in de wagen, want we hebben weinig professionele raakvlakken. Ook thuis hebben we een eigen bureau, elk op een aparte verdieping. Dus ook daar horen en zien we elkaar niet. Zo kunnen we het werk het werk laten zijn, en privé privé. In die zin verschilt een dag op kantoor niet zo hard van een dag thuiswerk.”
Dirk: “In onze relatie loopt alles vrij automatisch. We denken er eigenlijk niet over na wat er allemaal moet gebeuren. We zijn hetzelfde op het werk als privé. Het zou natuurlijk heel anders zijn moesten Mario en ik op dezelfde afdeling werken, maar we krijgen professioneel eigenlijk niet met elkaar te maken: Mario is jurist, en ik werk als IT’er aan het elektronisch patiëntendossier. Enkel ’s middags kruisen onze wegen, als we samen warm eten op het werk.”
CONTRAST
Mario: “Vroeger werkte Dirk in het buitenland en was hij elke week van de zondagavond tot de vrijdagavond weg van huis. Na de coronaperiode heeft hij in België ander werk gezocht en nu kunnen we dus zelfs samen naar het werk rijden. Zo zijn we van het ene uiterste in het andere uiterste beland.”
Mario: “Daar hebben we trouwens helemaal geen problemen mee. Samen kunnen carpoolen was zelfs een van de factoren die meespeelde in mijn keuze voor mijn huidige werkplaats: ik gaf mijn firmawagen op, het carpoolen kan dat enigszins opvangen.”
